Navigatieverlichting van je schip
In deze Vaartip meer over de verlichting van je schip bij het varen in het donker. Het voeren van de juiste verlichting is belangrijk om herkenbaar te zijn. Het maakt duidelijk wat voor schip je bent en wat je vaarrichting is.
Boordlichten, heklicht, toplicht
Een zeilschip voert boordlichten (rood aan bakboord en groen aan stuurboord) en een wit heklicht op het achterschip.
Een motorschip voert dezelfde verlichting met daarbij een extra wit licht, het ‘toplicht’, ook wel ‘stoomlicht’ genoemd. Ook voor een zeilschip geldt: motor aan, toplicht aan.
Een schip voor anker voert een wit rondom schijnend licht.
360 graden: rood, groen, wit
Boordlichten en heklicht vormen samen een complete cirkel. Van achter zie je alleen het witte licht, aan stuurboord alleen het groene licht, aan bakboord alleen het rode licht. Zie je zowel het rode als het groene licht dan zie je het schip recht van voren, dus op de kop. Dat kan maar beter niet te lang duren.
Toepassen van de vaarreglementen
De scheiding tussen boord- en heklicht ligt precies daar waar in de reglementen sprake is van ‘oplopende’ of juist ‘kruisende koersen’, dat is op “twee streken achterlijker dan dwars”. De boord verlichting maakt het dus mogelijk de reglementen toe te passen zoals die ook overdag gelden. Daarom is het van groot belang dat de lichten over de juiste hoek zichtbaar zijn.
In de volgende Vaartip meer over het reageren op de lichten van andere schepen.
Goede vaart.
Terug naar de overzichtspagina van de vaarcursus.
Tekst Marianne van der Linden
Copyright Scheepswijs en Heech by de Mar B.V.