Droogvallen op de Waddenzee deel 2
Ongeschikte of ontraden droogvalplekken
In de vorige vaartip beschreef ik de drie belangrijkste eisen waaraan een goede plek om droog te vallen moet voldoen. Een aantal gebieden zijn om andere redenen afgeraden of zelfs verboden om droog te vallen. In deze vaartip zet ik ze op een rij.
Natuurgebieden
In de Natuurbeschermingswet is voor een aantal gebieden de toegang beperkt of verboden. De droogvallende banken zijn van belang als rustplaats voor bijvoorbeeld vogels en zeehonden. Natuurgebieden zijn op de kaart aangegeven met een groene stippellijn en in het rood de periode van afsluiting.
Kabel- en pijpleidinggebieden
Op de wantijen, het ondiepste stuk wad midden onder de eilanden, vindt je vaak gebieden met pijpleidingen naar de vastewal. Ze staan aangegeven met een rode stippellijn en gele tonnen als markering. De kaart meldt een waarschuwing: “Buiten de vaargeulen worden de kabels en pijpleidingen gemarkeerd door 4dm boven de bodem uitstekende stalen pijpen”. Heel af en toe hoor je dat iemand zo’n paaltje heeft gezien, dus het zal meevallen, maar wellicht toch beter om buiten deze gebieden droog te vallen.
Plaatje Kabel- en pijpleidinggebied
Foto: Niet droogvallen in pijpleidinggebieden, aangegeven met de rode stippellijnen en gele tonnen.
Mosselpercelen
Mosselpercelen staan op de kaart aangegeven met een blauwe onderbroken lijn. De gebieden zijn door het Rijk verhuurd aan (meest Zeeuwse) mosselvissers. De vissers markeren de percelen met lange stokken met wapperende vlaggen, fietsbanden of iets anders wat opvalt. De stokken zijn zwaar verankerd in de grond, daar kun je beter bij vandaan blijven als je droog wilt vallen. Sommige stokken zijn afgebroken en met hoogwater niet zichtbaar. Het is overigens niet verboden om door een mosselperceel te varen.
Strekdammen
Strekdammen staan op de kaart aangegeven met een zwarte streep. Ze zijn aangelegd om diepe geulen op afstand te houden en de stroming te onderbreken. Daardoor is er rondom de strekdam vaak veel slik, waardoor het er niet prettig is om droog te vallen. Strekdammen bestaan grotendeels uit basaltblokken. Losliggende basaltblokken rondom de strekdam maken de directe omgeving minder geschikt om droog te vallen.
Natuurgebieden staan op de kaart aangegeven met de groene ++-lijn.
Kortom:
Denk aan de drie belangrijkste eisen waaraan een goede plek om droog te vallen moet voldoen: aan hogerwal, beschut van deining van zee en golven van veerboten en vissersschepen. Zo kun je met elke windrichting de juiste plaats kiezen om droog te vallen. Daarbij vermijd je gas- en pijpleidinggebieden, mosselpercelen, strekdammen en hun directe omgeving en natuurgebieden voor de periode dat deze afgesloten zijn.
Goede vaart.
Terug naar de overzichtspagina van de vaarcursus.
Tekst Marianne van der Linden, Scheepswijs vaarcursusen
Foto Scheepswijs
Kaartdetail Dienst der hydrografie, Koninklijke Marine
Copyright Scheepswijs en Heech by de Mar B.V.